Whisky fan

Sinds mijn maagverkleining heb ik een tijdje erg voorzichtig moeten zijn met alcohol. Oké, ik moet nog steeds erg voorzichtig zijn met alcohol.

Maar… ik ben ook een erg grote whisky fan. En dan niet in de zin van grote hoeveelheden, nee, van heel af en toe iets heel bijzonders.

De passie voor whisky heb ik absoluut van mijn vader, net zo’n enthousiaste whisky fan. We hebben ook samen wat bijzondere whiskey avonturen mogen ondernemen. Masterclasses, zelf blenden, en het is al bijna traditie geworden om elkaar bij bijzondere gelegenheden een bijzondere whisky cadeau te doen. Iets wat je normaal nooit voor jezelf zou kopen.

Wat is er dan zo bijzonder aan whisky? Om te beginnen, elke streek waar whisky gemaakt wordt, heeft zijn eigen identiteit. Een whisky van een regio dicht bij de zee, smaakt compleet anders dan een whisky uit de Highlands. De één is heel rokerig van de turf waar het op gebrand wordt, de ander heel kruidig van alle kruiden die je ook op de Highlands tegenkomt. En dan heb je nog het verschil tussen een Malt (een whiskey van één soort), of een Blend (verschillende whiskys gemengd om één specifieke smaak te bereiken).

En dan heb je natuurlijk nog het verschil tussen landen die whisky maken. Schotse whisky is al snel vrij krachtig en sterk. Maar Ierse whisky is zeker niet te versmaden, het is vaak veel lichter en milder. Daarnaast zijn ook bijzondere landen zoals Japan en zelfs Nederland erg in opkomst met het zelf produceren van écht heel goede whisky.

Als ik naar mijzelf kijk, ben ik een erg grote fan van rokerige, Schotse, whiskys. En dan gaat mijn voorkeur al snel uit naar whiskys van Islay, een eiland in de Schotse Hebriden.

Laphroaig staat daarbij voor mij wel aan top als echte Islay whisky. Sterker nog, ik heb op een gegeven moment met een speciale editie mijn eigen vierkante meter grond gesponsord bij Islay, dus technisch gesproken ben ik mede-eigenaar 😉 Een beetje bevooroordeeld dus.

Maar, van de iets ‘simpelere’ whiskys, mag een Glenfiddich of een Glen Talloch ook niet ontbreken.

Een ander leuk uitstapje in whisky zijn de zogeheten Cask finishes. Whiskey moet uiteraard op een vat bewaard en afgerijpt worden. Maaaarrr… dat hoeft niet zomaar een willekeurig vat te zijn. Je kan een vaten gebruiken die eerst voor iets anders gebruikt zijn. Zo kun je een sherry vat, of een port vat gebruiken. De whisky neemt voor een deel wat smaak over van het hout waar eerst een andere drank in gerijpt heeft. Je krijgt dan dus een cask-finish, en stukje identiteit van datgene wat eerder in het vat gezeten heeft. En dat geeft een compleet nieuwe dimensie aan je whisky.

Oh, leuk weetje om mee te eindigen, wist je dat het verschil tussen whisky en whiskey niet een typefoutje is? Traditioneel gezien is whisky ‘echt’ Schots, en whiskey (met een e) van alle andere regios (Iers, Amerikaas, Japans, etc.). Het verschil in spelling is dus geen toevalstreffer!

Okay, dat is het voor nu even voor mijn compleet willekeurige rant over whisky.

Slainte!